Ivar: 'Het liefst had ik Henk de schildpad mee naar huis genomen'

De vrolijke Ivar (9) liep al vroeg in zijn schoolcarrière een leerachterstand op. Een combinatie van regulier onderwijs en een onderwijszorgboerderij zorgde er uiteindelijk voor dat Ivar weer opbloeide en dat duidelijk werd welke ondersteuning hij nodig heeft om zich optimaal te ontwikkelen. In dit portret maken we kennis met Ivar, zijn moeder Cristel en Christa, de directeur van de basisschool die een sleutelrol speelde in de zoektocht naar de juiste oplossing voor Ivar.

Door de ogen van Ivar en zijn moeder Cristel

Op basisschool De Rank in Wezep werd al vrij snel duidelijk dat Ivar moeite had met taal en dat hij zich moeilijk kon concentreren in een drukke omgeving. Hij kwam niet goed mee in de klas, wat voor de nodige frustratie zorgde. Als Ivar thuiskwam uit school, was hij doodop – terwijl hij normaal gesproken juist vol energie zit. ‘Soms zelfs iets te veel’, vertelt zijn moeder Cristel lachend. 

Hierop besloten zijn ouders in overleg met de school dat hij groep 2 nog eens zou overdoen: sociaal-emotioneel was hij nog niet toe aan de volgende stap: groep 3. Maar omdat Ivar nog zo jong was, was er nog geen reden om aan de bel te trekken. Dat veranderde tijdens corona: Ivar ging naar groep 3, maar bleef achterlopen en kreeg last van faalangst, omdat zijn klasgenootjes wel vooruitgang boekten. In groep 4 zagen zijn ouders dat het moment was aangebroken om in te grijpen. Cristel: ‘Dit was het jaar waarin we hebben geregeld dat Ivar naast zijn gewone schooldagen, twee ochtenden per week naar Natuurkr8 kon, een onderwijszorgboerderij in Oosterwolde.’
 

Extra aandacht 

In de tussentijd is Ivar ook gediagnosticeerd met ADHD. Een bevestiging van wat voor zijn ouders eigenlijk al heel vroeg duidelijk was: als baby zagen zij al dat hij drukker was dan andere baby’s. De diagnose heeft ervoor gezorgd dat het iets makkelijker werd om te bepalen waar Ivars zorgbehoefte precies lag. Cristel: ‘Ik moet allereerst zeggen dat De Rank er echt alles aan heeft gedaan om Ivar te helpen en hem daar te houden. Wij zagen zelf dat het tijd was voor de volgende stap. Op een gegeven moment moet je gewoon kunnen zeggen: het is klaar. Dat is geen falen, op een reguliere school kun je gewoonweg niet alles doen voor kinderen die extra aandacht nodig hebben, dat gaat ten koste van de andere kinderen. Want het is niet alleen de moeite met lezen en andere vakken, het is ook het overprikkeld raken en de drukte die daarmee gepaard gaat.’

Basisschool de Rank heeft een belangrijke rol gespeeld in de zoektocht naar de juiste oplossing voor Ivar. Maar dat proces verliep zeker niet vlekkeloos. Cristel: ‘We hebben zo’n geluk gehad dat Christa, de directeur van de Rank, ervoor gezorgd heeft dat de school die dagen bij Natuurkr8 heeft betaald. We zijn haar en de school echt ontzettend dankbaar. De gemeente gaf hierin aan niet te kunnen helpen: zij zagen de onderwijszorgboerderij meer als onderwijs en dat is dan voor rekening van de school.’
Cristel ziet hierin dan ook een belangrijke rol weggelegd voor de gemeente, want hoewel er bij Natuurkr8 onderwijs gegeven wordt, biedt de boerderij ook zorg. ‘Als de gemeente in dit soort gevallen gewoon zou zeggen: we verdelen de kosten, school betaalt 50 procent voor het onderwijsdeel en wij betalen 50 procent voor het zorgdeel, dan zouden veel meer kinderen op deze manier geholpen kunnen worden, wat heel veel thuiszitters zou schelen. Het zou allemaal veel makkelijker moeten zijn om te regelen wat nodig is voor kinderen. En vertrouwen hebben in de expertise van de mensen op de scholen: zij kunnen heel goed zien wat kinderen nodig hebben.’ 

Henk de schildpad

De twee ochtenden per week bij Natuurkr8 bleken een schot in de roos: Ivar leefde helemaal op en voelde zich dolgelukkig. Hierdoor werden ook de andere dagen in zijn reguliere klas draaglijker. Cristel: ‘Hij moest op de boerderij ook rekenen, lezen en schrijven, maar ze deden ook veel andere dingen daaromheen, zoals voor de dieren zorgen en veel buiten zijn. Lezen deed hij tussen de varkentjes en andere werkjes maakte hij met Henk de Schildpad bij hem op tafel: dat was echt zijn grote vriend. Hij kon daar echt zijn wie hij wilde zijn, er was zoveel persoonlijke aandacht.’

‘Na het jaar bij Natuurk8 zagen we dat Ivar inderdaad erg gebaat is bij die individuele aandacht die hij daar kreeg en dachten wij als ouders dat hij daarom beter af zou zijn in het speciaal onderwijs. We zagen dat dingen hem in al die rust wél lukten. En hij was veel vrolijker en zelf ook veel rustiger. Afgelopen jaar deed hij groep 4 nog eens over op de Ambelt, een basisschool voor speciaal onderwijs in Zwolle. Zo kon hij zijn opgelopen achterstanden goed inlopen: sinds dit schooljaar zit Ivar in groep 5.

LEGO bouwen

Het leren gaat op de Ambelt een stuk makkelijker dan op de reguliere school. Zo is Ivar erg goed in rekenen en maakt hij ook in zijn taalontwikkeling grote sprongen vooruit. Maar het beste is hij in LEGO bouwen, vindt hij zelf. Ivar: ‘Ik heb boven een hele LEGO-kamer en ik heb helemaal zelf een LEGO-trein gemaakt die kan rijden. Ik denk dat ik later bij LEGO wil werken.’ Automatiseren, zoals de tafels uit je hoofd leren, is voor Ivar vanwege zijn beperking niet makkelijk. ‘Mama heeft beloofd dat als ik alle tafels uit mijn hoofd ken, dat we dan naar Legoland gaan in Denemarken. Ik weet er al een paar: 1 keer 1 is 1, 5 keer 5 is 25. En 10 keer 10 is 100!’ 

Gelukkig hebben ze op de Ambelt ook een kinderboerderij. Hij heeft het er erg naar zijn zin: hij heeft leuke vriendjes en een fantastische juf en meester. Maar vooral: veel meer energie. Als hij uit school komt, gaat hij direct buitenspelen en heeft hij het te druk om iets te eten en te drinken. De onderwijszorgboerderij Natuurkr8 mist hij soms nog wel. Ivar: ‘Het liefst had ik Henk de schildpad mee naar huis genomen.’
 

 


 

Door de ogen van Christa, directeur van basisschool De Rank

‘Het is altijd even zoeken naar de juiste oplossing, als je het hebt over passend onderwijs bieden. Wat is het effect op de lange termijn voor andere leerlingen, voor andere ouders? Dat zijn dingen waar je als school rekening mee houdt, zegt Christa. 

Kinderen met een extra zorgbehoefte laten doorstromen naar een plek als Natuurkr8, ligt in principe niet binnen de handelingsmogelijkheden van een reguliere school: daar is simpelweg geen budget voor. Christa: ‘Maar als dan duidelijk wordt dat het schoolsysteem niet passend is bij een leerling, zoals bij Ivar het geval was, dan ga je met elkaar kijken: wat dan wél?’ 
 

Het financiële plaatje 

De Rank heeft daarom met Ivars ouders geprobeerd om hierin samen met de gemeente op te trekken en er een cofinanciering van te maken, omdat de problematiek zich bevond op het snijvlak van zorg en onderwijs. ‘Daar hebben we heel veel tijd en energie in gestoken, heel veel gesprekken over gevoerd’, vertelt Christa. ‘En dan loop je toch weer tegen dat financiële plaatje aan. De gemeente zegt: het is onderwijs, dus wij kunnen niet betalen. Maar wij zeggen: dit gaat veel verder dan onderwijs, want als het alleen om onderwijs zou gaan, dan hadden we het prima zelf intern kunnen regelen. Soms heeft een kind iets anders nodig. En dan zit je binnen het Nederlandse systeem al heel snel klem.’ 

Uiteindelijk heeft de school in samenspraak met de medezeggenschapsraad en het bestuur besloten om de kosten op zich te nemen, maar ook die keuze is als school niet vanzelfsprekend. Christa: ‘Je moet toch oppassen dat het geen precedent schept waardoor er ineens heel veel ouders op de stoep staan met hetzelfde verzoek. Die weten natuurlijk niet altijd welke vraagstukken er precies onder liggen. Maar soms moet je een uitzondering maken. In onze visie staat ook dat we kijken wat elk kind nodig heeft – en soms is dat meer dan wat we zelf kunnen bieden.’ 

De juiste impuls

Het voordeel van het traject dat we met Ivar hebben doorlopen, is dat we nu weten welke route we moeten bewandelen. En als er zich weer een keer een soortgelijke situatie voordoet, dan zal ik weer dezelfde strijd voeren. Ik hoop toch dat er op een gegeven moment een keer iemand zegt: ja, je hebt helemaal gelijk, we gaan het anders doen.’ De schotten tussen zorg en onderwijs zouden wat Christa betreft dan ook wel mogen verdwijnen. ‘Ik denk dat het belangrijk is om kritisch te kijken naar waar de geldstromen de verkeerde impuls geven. Vaak is de impuls gericht op kennis. En ik weet niet of dat altijd de juiste impuls is. Ivar kwam hier op school op het gebied van kennis misschien niet op het gewenste niveau, maar heeft zich natuurlijk wel op andere vlakken kunnen ontwikkelen. Ik denk dat daar ook veel meer naar gekeken zou moeten worden, in het onderwijs in het algemeen.’ 

Als je echt naar een inclusieve samenleving wil, dan moet je veel meer kijken naar wat mensen wél kunnen, vindt Christa. Als school zetten ze daar ook bewust op in, door steeds te kijken naar wat kinderen graag willen leren, waar hun interesse ligt. ‘Daarin zijn we natuurlijk wel beperkt door het Nederlandse systeem, maar we proberen het wel. En ons verwijzingspercentage naar speciaal onderwijs is dan ook heel laag.’ 

Leren door te doen

Ook bij Ivar heeft de school intern veel dingen geprobeerd om hem op zijn niveau bepaalde vaardigheden aan te leren en hem het gevoel van succes te geven door de stof in kleine stapjes aan te bieden, hem een maatje te geven en bijvoorbeeld ruimte om af en toe even naar buiten te gaan als het hem te veel werd. Christa: ‘En we hebben vooral ook geïnvesteerd in de relatie met hem, want het belangrijkste is dat een kind het gevoel heeft dat ie ertoe doet.’ 

Ook de relatie met de ouders heeft een belangrijke rol gespeeld bij het vinden van een passende oplossing, door echt samen met hen te kijken naar wat Ivar nodig had en hierin samen op te trekken. Christa: ‘Dat de keuze hierdoor uiteindelijk op een andere school is gevallen, was voor Ivar de beste keuze, maar die hebben we hier op school ook allemaal wel echt betreurd: we vonden hem allemaal een heerlijk kind, zo vrolijk en onbevangen. Het Nederlandse reguliere onderwijssysteem paste gewoonweg niet bij hem, hij leert veel beter door te doen. Het liefst hadden we gezien dat Ivar bij ons op school had kunnen blijven. We hebben niet gefaald, dat denk ik zeker niet, maar we kunnen er wel van leren: wat werkt wel en wat werkt niet? Daar kunnen we met elkaar alleen maar beter van worden.’ 


Fotografie: Kato Tan